
De invasie in Normandië, beter bekend als D-Day, was een van de meest beslissende momenten van de Tweede Wereldoorlog. Op 6 juni 1944 landden honderdduizenden geallieerde soldaten op de stranden van Frankrijk. Deze operatie, officieel genaamd Operatie Overlord, markeerde het begin van de bevrijding van West-Europa en luidde het einde van nazi-Duitsland in.
De voorbereidingen – Operatie Overlord
De geallieerden waren zich ervan bewust dat een directe aanval op Frankrijk noodzakelijk was om Duitsland te verslaan. Na maandenlange discussies werd gekozen voor Normandië als landingsplaats, omdat het minder zwaar verdedigd werd dan bijvoorbeeld Calais.
De operatie vereiste een ongekende mate van samenwerking en planning:
- Troepen: meer dan 156.000 soldaten (Amerikanen, Britten, Canadezen en andere geallieerde nationaliteiten).
- Schepen: bijna 7.000 schepen en landingsvaartuigen.
- Vliegtuigen: meer dan 11.000 vliegtuigen die steun boden en parachutisten afzetten.
De misleiding – Operatie Fortitude
Om de Duitsers te misleiden, zetten de geallieerden een groot desinformatieplan op: Operatie Fortitude.
- Ze deden alsof de invasie bij Calais zou plaatsvinden.
- Er werden nep-legers met opblaastanks en houten vliegtuigen opgesteld.
- Generaal George Patton, een van de bekendste geallieerde commandanten, werd gebruikt om deze illusie geloofwaardig te maken.
De Duitsers trapten erin, waardoor veel Duitse troepen ver van Normandië werden gehouden.
De invasie – 6 juni 1944
De aanval begon in de nacht van 5 op 6 juni met duizenden parachutisten die achter de Duitse linies werden gedropt om bruggen en wegen veilig te stellen. In de vroege ochtend volgde de gigantische amfibische landing op vijf stranden, elk met een codenaam:
- Utah Beach (Amerikanen)
- Omaha Beach (Amerikanen – zeer zwaar verzet)
- Gold Beach (Britten)
- Juno Beach (Canadezen)
- Sword Beach (Britten en Franse troepen)
Vooral op Omaha Beach werden de verliezen enorm. Duitse bunkers, machinegeweren en artillerie maakten duizenden slachtoffers. Toch wisten de geallieerden uiteindelijk een bruggenhoofd te vestigen.
De strijd in Normandië
Na de succesvolle landing volgde de Slag om Normandië, die weken duurde. Het bocagelandschap – met zijn dichte heggen en smalle wegen – maakte het oprukken moeilijk. Duitse tanks en elite-divisies, zoals de SS-Panzerdivisies, boden felle weerstand.
Een cruciaal keerpunt was Operatie Cobra in juli 1944, toen de Amerikanen door de Duitse linies braken en de geallieerden eindelijk de ruimte kregen om Frankrijk verder in te trekken. Kort daarna werd Parijs op 25 augustus 1944 bevrijd.
Het belang van D-Day
D-Day was niet alleen een militaire overwinning, maar ook een moreel keerpunt. Voor het eerst sinds 1940 vochten grote geallieerde legers op West-Europese bodem. Het liet zien dat nazi-Duitsland kwetsbaar was en gaf hoop aan verzetsgroepen en de bezette bevolking.
Wist je dat?
- De datum van D-Day werd meerdere keren uitgesteld vanwege slecht weer. Uiteindelijk besloot generaal Dwight D. Eisenhower op 6 juni te landen, ondanks de risico’s.
- Het was de grootste amfibische invasie uit de wereldgeschiedenis.
- Aan Duitse zijde stond veldmaarschalk Erwin Rommel aan het hoofd van de verdediging, maar hij was op D-Day niet aanwezig omdat hij zijn vrouw bezocht.
- De verliezen op D-Day waren zwaar: ongeveer 10.000 slachtoffers aan geallieerde zijde, waarvan meer dan 4.000 doden. Toch was de operatie een succes.