
Na de snelle verovering van West-Europa stond Adolf Hitler voor een nieuw obstakel: Groot-Brittannië. Premier Winston Churchill, die in mei 1940 aan de macht kwam, weigerde vredesonderhandelingen met Duitsland en beloofde dat het Britse volk nooit zou opgeven. Hitler besloot daarop om een invasie van Groot-Brittannië voor te bereiden, onder de codenaam Operatie Zeeleeuw.
De voorbereiding op Operatie Zeeleeuw
Een invasie van Groot-Brittannië vereiste volledige controle over het luchtruim boven het Kanaal en Zuid-Engeland. Zonder luchtmacht kon de Duitse marine geen troepen veilig oversteken. Daarom werd de Luftwaffe, onder leiding van Hermann Göring, ingezet om de Britse luchtmacht (Royal Air Force – RAF) uit te schakelen.
Het begin van de luchtoorlog
De luchtcampagne begon in juli 1940. Aanvankelijk richtte de Luftwaffe zich op militaire doelen zoals radarstations, vliegvelden en fabrieken. Toch bleek al snel dat de Britten beter voorbereid waren dan gedacht. Het Britse radarsysteem was een revolutionaire technologie die vijandelijke vliegtuigen vroegtijdig kon signaleren. Dit gaf de RAF een groot voordeel.
De Spitfires en Hurricanes van de RAF vochten hevige luchtduels met de Duitse Messerschmitts en Heinkels. Ondanks numerieke overmacht wist de RAF stand te houden, mede dankzij de moed van de piloten die door Churchill later de bijnaam “The Few” kregen: “Never was so much owed by so many to so few.”
De verschuiving naar bombardementen op steden
Omdat de Luftwaffe er niet in slaagde om de RAF te breken, besloot Hitler de strategie te veranderen. Vanaf september 1940 begon de Blitz: grootschalige nachtelijke bombardementen op Britse steden, waaronder Londen, Coventry, Birmingham en Liverpool. Het doel was om de bevolking te demoraliseren en de industrie te verlammen.
De bombardementen verwoestten hele stadswijken en kostten tienduizenden burgers het leven, maar ze braken de Britse wil niet. Integendeel: de bevolking stond hechter dan ooit achter Churchill en de oorlogsinspanning.
Het mislukken van Operatie Zeeleeuw
Tegen oktober 1940 was duidelijk dat de Luftwaffe er niet in zou slagen om luchtoverwicht te verkrijgen. Hitler stelde Operatie Zeeleeuw uit en richtte zijn aandacht op een nieuwe vijand: de Sovjet-Unie. Groot-Brittannië had de slag gewonnen en was de eerste natie die de opmars van Nazi-Duitsland daadwerkelijk wist te stoppen.
De luchtstrijd breidt zich uit
Hoewel de Slag om Groot-Brittannië eind 1940 werd beslist, ging de luchtoorlog door. In 1941 begonnen de Britten met tegenaanvallen, waaronder strategische bombardementen op Duitse steden en industrieën. Deze luchtoorlog zou zich in de jaren daarna alleen maar intensiveren, zeker toen de Verenigde Staten in 1941 tot de oorlog toetraden.